Vele van ons worden geboren zonder beperkingen in onze gedachten. Kinderen hebben een grootse fantasie. Vraag een kind om iets heel raars te tekenen (een banaan op een motorfiets die over de bodem van de oceaan rijdt), en hij doet ‘t, met het grootste gemak én plezier. Een volwassene kijkt je raar aan en vraagt je of je wel goed bij je hoofd bent. Op school leren kinderen vooral dat het om presteren gaat, goed nadenken over wiskunde en taal. Wat je vindt is minder belangrijk. We willen graag bij de groep horen en passen ons aan, je leert dat je er niet al te gekke ideeën op na moeten houden, anders pas je niet in de groep. Na je opleiding ga je aan het werk, druk te bewijzen om goed in de smaak vallen en als het meezit, groei je lekker door omdat je doet, wat er van je verwacht wordt. Dan komt mogelijk een drukke periode met je gezin, een partner die ook carrière maakt, jonge kinderen, best druk. Je wilt dit allemaal wel maar… wil je dit eigenlijk allemaal wel écht, of ben je jezelf ergens verloren?
Ik ga ervan uit dat we drie “sturingsmechanismen” hebben, ons Hoofd om te denken, onze Buik, het buikgevoel, met onze intuïtie en ons Hart, met ons eigen gevoel. Velen verwarren dit met hun intuïtief gevoel wat op anderen, de omgeving of de sfeer is gericht. Het gaat hierbij écht om je eigen gevoel. Door onze omgeving hebben we vooral ons denken en onze intuïtie ontwikkeld, vaak ten koste van ons gevoel. Het gevoel dat weet wat wel en niet goed voor je is. Ben je dat gevoel kwijt, dan ga je makkelijker dingen doen die niet echt bij je horen. De omgeving helpt daar graag bij. Er ontstaat dan gemak een discrepantie wat tot onvrede, vermoeidheid of zelfs tot een burn-out kan leiden. Omdat we ons gevoel kwijt zijn geraakt “voelen” we dat dus ook niet eens.
Echt handelen vanuit je gevoel leidt tot geluk, dan weet dat wat je doet, goed is of niet. Het is de moeite waard dat gevoel weer te vinden, want dat ga je nog veel meer vinden….Ik kan je bij de zoektocht helpen…